Deze gebouwen kennen we als "koeienstallen", maar eigenlijk is die benaming veel te simpel voor de vele functies die deze gebouwen gekend hebben. Dat er wat koeien in stonden, is slechts een deel van het verhaal.
Voor de renovatie
Deze gebouwen hebben tijdens de productiejaren van de brouwerij misschien wel het meest van allemaal écht afgezien. Het waren niet enkel koeienstallen, maar een reeks stallingen bij elkaar die voor diverse doeleinden werden ingezet. Er waren diverse ruimtes, deuren, poorten, enkele totaal uitgedroogde mestkelders, een simpel toilet voor de "werkmensch" en nauwelijks tot geen ruiten. Een donkere bedoening, zeg maar. De achterzijde van dit gebouw grenst aan de Heetstraat.
Tijdens de renovatie
De verbouwing dan. Van het dak bleef enkel het gebinte staan. Aan de achtergevel die aan de Heetstraat grenst werd niets gedaan. In de voorgevel werden alle ouwe poorten en deuren verwijderd. Er werden twee grote bogen geheel vrij gemaakt om er ramen in te plaatsen. De oude verrotte trekkers werden door enkele zware I-profielen vervangen. De vloer binnenin werd geheel uitgebroken. Dan werden de buizen van de luchtgas-verwarming in de grond begraven. Vervolgens werd over het hele oppervlakte een betonplaat gegoten, en dan konden de heropbouw werken beginnen.
Na de renovatie
Dé allergrootste schoonheid van dit deel van de brouwerij waren echter de massieve dakgebinten van het toch wel hele hoge dak. De architect Anthony Vanderstraeten uit Gijzenzele zag hiervan meteen het potentieel in en heeft dan ook de hele woning zo ontworpen dat de grandeur van die gebinten zoveel mogelijk tot uiting kon komen. Daartoe kon hij alle trukken van de foor toepassen, omdat het hele binnenste van deze stallingen toch geheel uitgebroken moest worden. Zo heeft hij de hele zolderverdieping tot "living" uitgeroepen, hoewel dit woord in deze context echt wel wat misplaatst is. Men ervaart eerder het gevoel van een troonzaal te betreden, als men vanuit de keuken de trap op kilmt! De keuken zelf kwam terecht op het gelijkvloers, maar heeft geen plafond, zodat je blik onverbiddelijk naar het hoge dak met zijn majestueuze gebinten wordt getrokken. Het idee om de keuken te plaatsen waar hij nu is, refereert dan weer naar de vele boerenhoven van toentertijd, waar het normaal was om vanuit de koer meteen de keuken in te stappen. De rest van het gelijkvloers is "opgevuld" met diverse nuttige ruimten. Last but not least loopt er langs de hele lengte van dit huis een metersbreed glazen plafond dat een zeer mooi beeld geeft van de ruimtelijkheid van het gebouw. Voorwaar een verbouwing om trots op te zijn!